Werken met het Log4J-logboekvoorbeeld

In dit voorbeeld wordt de TPTP-ondersteuning voor het vastleggen van Common Base Events met behulp van de Apache Log4J-logboek-API's beschreven. De gebruikers ervaren het vastleggen van Common Base Events naar de console en naar een logboekagent.

Maak het voorbeeld door Bestand > Nieuw > Voorbeeld... > Apache Log4J Logging Sample te kiezen (als u dit nog niet gedaan hebt).

De inhoud van het voorbeeld bevat onder meer de Java-broncode, dependency's en het configuratiebestand dat nodig is voor het vastleggen van Common Base Events naar een Apache Log4J-logboekprogramma.

Apache Log4J 1.2.8 (inclusief) of hoger is vereist voor de compilatie en uitvoering van dit voorbeeld.

Veronderstellingen

  1. Bij het starten van deze toepassing vanaf het workbenchperspectief Profilering en vastleggen in logboeken bevat de startconfiguratie van de toepassing of het klassenpad van de agentcontroller-toepassing of -service Apache Log4J 1.2.8 of hoger.
  2. De omgevingsvariabele log4j.configuration is ingesteld op het absolute pad en de naam van het configuratiebestand van het Apache Log4J-logboek (HyadesLoggingLog4JSample.xml) in de vorm van een URL. Bijvoorbeeld file:/<werkgebied>/HyadesLoggingLog4JProject/cfg/HyadesLoggingLog4JSample.xml.
  3. De Apache Log4J-documenttypedefinitie (DTD) die is gedefinieerd in het <JAR-bestand van het Apache Log4J-logboek>/org/apache/log4j/xml/log4j.dtd wordt gekopieerd naar de directory <werkgebied>/HyadesLoggingLog4JProject/cfg/ voor gebruik door het configuratiebestand van het Apache Log4J-logboek (file:/<werkgebied>/HyadesLoggingLog4JProject/cfg/HyadesLoggingLog4JSample.xml).
Om dit voorbeeld uit te voeren en automatisch aan de logboekagent te koppelen, gaat u als volgt te werk:
  1. Controleer of alle compilatiefouten zijn hersteld.
  2. Als u een zelfstandige agentcontroller (AC) gebruikt, zorg er dan voor dat deze niet actief is (niet vereist). U kunt ook een rechtstreekse verbinding gebruiken, i.e. een beperkt aantal AC-services die bij de workbench worden meegeleverd.
  3. Open het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken (Venster > Perspectief openen > Overige... > Profilering en vastleggen in logboeken).
  4. Voer de voorbeeldklasse uit vanaf het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken (Uitvoeren > Profiel... > Maak een nieuwe startconfiguratie van het type Java-toepassing > Stel de projectnaam in op de naam van het voorbeeldproject > Stel Main-klasse in op 'HyadesLoggingLog4JSample' > Ga naar het tabblad Argumenten en geef de volgende JVM-eigenschap op: -Dlog4j.configuration="file:/<werkgebied>/HyadesLoggingLog4JProject/cfg/HyadesLoggingLog4JSample.xml" > Ga naar het tabblad Monitor > Deselecteer " Java-profilering " en selecteer "Agentontdekker" > Profiel).
  5. Na enkele seconden wordt de logboekagent automatisch gedetecteerd en gekoppeld. Selecteer de gevonden logboekagent en open de view Logboek in het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken om de vastgelegde Common Base Event-logboekrecords te bekijken (Venster > View afbeelden > Overige... > Profilering en vastleggen in logboeken > View Logboek > OK).
  6. Vernieuw de view Logboek in het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken. (Klik met de rechtermuisknop op de logboekagent HyadesLoggingLog4JSample en kies Vernieuwen.)

Als u dit voorbeeld wilt uitvoeren en handmatig wilt koppelen aan een logboekagent, voert u de volgende stappen uit:

  1. Controleer of alle compilatiefouten zijn hersteld.
  2. Als u een zelfstandige agentcontroller (AC) gebruikt, zorg er dan voor dat deze niet actief is (niet vereist). U kunt ook een rechtstreekse verbinding gebruiken, i.e. een beperkt aantal AC-services die bij de workbench worden meegeleverd.
  3. Voer de voorbeeldklasse uit vanaf het perspectief Java (Uitvoeren > Uitvoeren... > Maak een nieuwe startconfiguratie van het type Java-toepassing > Main-klasse > Zoeken... > HyadesLoggingLog4JSample > OK > Ga naar het tabblad Argumenten en geef de volgende JVM-eigenschap op: -Dlog4j.configuration="file:/<werkgebied>/HyadesLoggingLog4JProject/cfg/HyadesLoggingLog4JSample.xml" > Uitvoeren).
  4. Open het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken (Venster > Perspectief openen > Overige... > Profilering en vastleggen in logboeken).
  5. Koppel de logboekagent HyadesLoggingLog4JSample aan in het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken (Uitvoeren > Profiel... > Toevoegen - Java-proces > Nieuw > Tabblad Host > Selecteer 'Lokale directe verbinding' als u geen zelfstandige installatie van de agentcontroller gebruikt. Geef anders een geldige hostnaam en poort op. > Tabblad Agents > Dubbelklik op de agent HyadesLoggingLog4JSample > Selecteer het tabblad Bestemming > Profileringsproject > Bladeren... > 'HyadesLoggingLog4JProject' > OK > Profiel).
  6. Start de bewaking van de logboekagent HyadesLoggingLog4JSample. (Klik met de rechtermuisknop op de logboekagent en kies Bewaking starten.)
  7. Open de view Logboek in het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken om de vastgelegde Common Base Event-logboekrecords te bekijken (Venster > View afbeelden > Overige... > Profilering en vastleggen in logboeken > View Logboek > OK).
  8. Vernieuw de view Logboek in het perspectief Profilering en vastleggen in logboeken. (Klik met de rechtermuisknop op de logboekagent HyadesLoggingLog4JSample en kies Vernieuwen.)