Fouten opsporen in een JSP-bestand op een server

Met het foutopsporingsprogramma kunt u fouten in uw toepassing opsporen en analyseren. Het foutopsporingsprogramma biedt u de mogelijkheid om de uitvoering van het programma te regelen door onderbrekingspunten in te stellen, threads te onderbreken, de code stapsgewijs uit te voeren en de inhoud van variabelen te controleren. U kunt fouten opsporen in een JSP (JavaServer Pages) zonder dat de status van de toepassing verloren gaat.

Fouten opsporen in een JSP-bestand op een server:
  1. Open het JSP-bestand in de view Projectverkenner. In een webproject staan JSP-bestanden in de webcontentmap. Dubbelklik op het JSP-bestand. Het bestand wordt geopend in een editor.
  2. Om één of meer onderbrekingspunten in te stellen, selecteert u een coderegel in de editor en dubbelklikt u op de markeerbalk links naast de regel waar u het onderbrekingspunt wilt toevoegen.
  3. Klik in het voorgrondmenu van het JSP-bestand in de view Projectverkenner op Fouten opsporen > Fouten opsporen op server. De workbench schakelt naar het perspectief Foutopsporing en de server wordt gestart in de foutopsporingswerkstand.
  4. Doorloop de code in de view Foutopsporing en breng de noodzakelijke wijzigingen aan in het JSP-bestand. Voor nadere informatie over foutopsporing raadpleegt u de documentatie over foutopsporing bij Java-toepassingen.
  5. Sla het JSP-bestand op.
  6. Klik in de webbrowser op Vernieuwen om de wijzigingen weer te geven. De status van de toepassing gaat niet verloren en de wijzigingen worden door de server verwerkt.