De profileringstool bestaat uit het perspectief Profileren en vastleggen in logboek en een aantal views. De tool maakt het mogelijk uw toepassingen te profileren, te werken met profileringsresources, interactief te werken met de toepassingen die u aan het profileren bent en uw toepassingen te onderzoeken op problemen met prestaties en geheugengebruik. De profileringstool verzamelt gegevens die gerelateerd zijn aan het runtime-gedrag van het Javaprogramma en presenteert deze gegevens in zowel grafische views als in views in tabelvorm. Deze functies helpen u bij het visualiseren en begrijpen van de programmaverwerking en bij het onderzoeken van de gedragspatronen van het programma.
Ook maakt de profileringstool het mogelijk voor u de bewerkingen aan te wijzen die de meeste tijd in beslag nemen en u kunt hiermee gemakkelijk gedrag van herhaalde verwerkingen identificeren en redundantie elimineren. In het kort gezegd is de profileringstool bijzonder nuttig voor prestatieanalyse en voor een beter begrip van uw Javaprogramma.
Door middel van profilering kunt u de prestaties van uw toepassing vroeg genoeg in de programmaontwikkelingscyclus testen, zodat u voldoende tijd hebt om verbeteringen aan te brengen en deze te testen.
De Java-profileringsagent is een agentinstance die met de agentcontroller in gebruik is genomen. In het onderstaande ingebruiknamediagram kan de Agent (2) een Java-profileringsagent zijn. Het toepassingsproces (1) is de Java Virtual Machine die de Java-toepassing uitvoert. Het onderstaande diagram is van toepassing op de agentcontroller op afstand, niet de geïntegreerde agentcontroller.
A Ingebruiknamehosts | |
1 | Toepassingsproces |
2 | Agent |
3 | Gegevensverzamelingsmechanisme |
4 | Service |
B Ingebruiknamehosts | |
5 | WebSphere-plugins |
6 | Testclient |
7 | JDK |
Elk toepassingsproces dat wordt geprofileerd, kan worden vergezeld van een profileringsagent die tegelijk wordt uitgevoerd. Zodoende maakt de profileringstool het mogelijk deze toepassingen vanaf een enkele workbench interactief te profileren.
Een aantal features van de profileringstool zijn de volgende:
De weergave van de visuele informatie van de profileringstool wordt georganiseerd op het niveau van pakketten, klassen en methoden. Dit heeft tot gevolg dat de profileringstool uw programmagegevens kan modelleren en presenteren op een manier die consistent is met een hiërarchie van programmeren in Java.
Bij Modelextractie wordt een massa verwerkingsgegevens genomen en gereduceerd tot een fundamentele vorm, waarmee u een totale view krijgt van de verwerking van een programma, met de keuze meer details te bekijken over aanroepen van objecten en methoden. Met deze modelextractie wordt runtime-analyse aanzienlijk vereenvoudigd. De Profileringstool beschikt over krachtige voorzieningen voor modelextractie .
De tools leveren u het vermogen vele processen op vele machines tegelijkertijd te bewaken, waarbij een decentrale toepassing wordt geprofileerd. Als de agentcontroller wordt gebruikt, kan de profileringstool toepassingen starten op machines op afstand en deze vervolgens interactief profileren. Dit is nuttig als geprobeerd wordt vast te stellen wat de prestatiekenmerken zijn van de toepassingen als deze worden uitgevoerd op het doelplatform van de ingebruikname.
Verwante concepten
Common Base Event-model
Geïntegreerde agentcontroller
Profileringsresources
De probleemdatabase
Verwante taken
Profileringsvoorkeuren instellen
Profileringscriteria opgeven
Een toepassing profileren
Profileringsresources opslaan
Profileringsresources importeren
Verwante onderwerpen
Views Reeksdiagrammen
View Geheugenstatistieken
View Verwerkingsstatistieken
(C) Copyright IBM Corporation 2000, 2006. Alle rechten voorbehouden.