Met de functie Stempel wordt een van de verschillende gegeven woordcombinaties toegevoegd aan een afbeelding. Bijvoorbeeld, Goedgekeurd, CONCEPT of de datum en tijd van vandaag.
In de volgende voorbeelden wordt de aantekening "CONCEPT" afgebeeld die is getekend op een afbeelding. In het tweede voorbeeld wordt de werkbalk afgebeeld voor de aantekening.


Met Image Viewer loopt lange tekst niet terug en worden meerdere rijen voor stempelaantekeningen niet afgebeeld.
Het wordt aangeraden om een ander type aantekeningen te gebruiken (tekst of notitievel) voor lange tekst.
De volgende typen stempels zijn beschikbaar met de functie Stempel:
- <datum> <tijd>
- Hiermee worden de huidige datum en tijd aangegeven waarop de stempel is toegepast op de afbeelding.
- Goedgekeurd <gebruiker> <datum>
- Hiermee wordt "Goedgekeurd" toegevoegd, alsmede de gebruikersnaam die de stempel heeft toegevoegd en de datum waarop de stempel is toegevoegd.
- CONCEPT
- Hiermee wordt "CONCEPT" toegevoegd aan de afbeelding.
- Opgeslagen <datum>
- Hiermee wordt "Opgeslagen" toegevoegd, alsmede de datum waarop de stempel is toegevoegd.
- Ontvangen <datum>
- Hiermee wordt "Ontvangen" toegevoegd, alsmede de datum waarop de stempel is toegevoegd.
- Geweigerd
- Hiermee wordt "Afgewezen" toegevoegd aan de afbeelding.
- Nagekeken <gebruiker><datum>
- Hiermee wordt "Nagekeken" toegevoegd, alsmede de gebruikersnaam die de stempel heeft toegevoegd en de datum waarop de stempel is toegevoegd.
- Dringend!
- Hiermee wordt "Urgent!" toegevoegd aan de afbeelding.

Dit zijn enkele stempels:

U tekent als volgt een stempel:
U selecteert als volgt een stempel nadat u deze hebt getekend:
- Klik op de functie Selecteren/bewerken op de aantekeningwerkbalk.
- Klik op de stempel. Hiermee wordt de werkbalk afgebeeld die u gebruikt om de beveiliging, lijndikte, lijnkleur, vulkleur, rotatie of positie aan te passen.
U wijzigt het formaat van de stempel als volgt:
- Wijzig het formaat van de tekst om het formaat van de stempel te wijzigen.
U wijzigt als volgt het formaat van de tekst:
- Klik op de knoppen Formaat van tekst wijzigen in de werkbalk om de lettergrootte te wijzigen. Voor afbeeldingen met 300 DPI of hoger kunnen tekstaantekeningen te klein zijn om te lezen in het standaard formaat.
De tekstkleur wijzigen:
- Klik op de knop Lijnkleur om Kleuren selecteren te openen.
- Selecteer de gewenste kleur in Kleuren selecteren.
- Klik op OK om de wijzigingen in kleur op te slaan.
De achtergrondkleur wijzigen:
- Klik op de knop Vulkleur om Kleuren selecteren te openen.
- Selecteer de gewenste achtergrondkleur in Kleuren selecteren. Om de vulling volledig transparant te maken, klikt u op de X in plaats van een bepaalde kleur.
- Klik op OK om de wijzigingen in kleur op te slaan.
U wijzigt als volgt de tekst op de stempel:
- Met behulp van de functie Selecteren/bewerken, klikt u binnen de tekst.
- Gebruik de pijltjestoetsen om de cursor binnen de tekst te plaatsen. Druk op Wissen of Backspace om tekens te wissen. Typ de nieuwe tekst naar behoefte.
De stempel draaien:
- Klik op de knop Linksom draaien om de annotatie linksom te draaien. De aantekening wordt telkens 45 graden gedraaid.
- Klik op de knop Rechtsom draaien om de annotatie rechtsom te draaien.
De aantekening wordt telkens 45 graden gedraaid.
U verplaatst een aantekening als volgt:
- Klik op de aantekeningfunctie Selecteren/bewerken op de aantekeningwerkbalk.
- Klik op de aantekening en houd de muisknop ingedrukt terwijl u de aantekening naar een nieuwe locatie sleept.
- Wanneer de toelichting zich op de juiste locatie bevindt, laat u de muisknop los.
Sla als volgt uw aantekeningwijzigingen op: