IBM FileNet P8, Versie 5.1.+            

De map van het object selecteren

In de stap Map selecteren wordt de objectruimte of map vastgesteld waar het nieuwe object wordt toegevoegd. In uw sjabloon kan een bepaalde objectruimte of map worden gedefinieerd, of u kunt de gebruiker laten bepalen war de locatie van het object is.

Opmerking: Als u geen toegangsmachtigingen hebt om items toe te voegen aan de geselecteerde map, wordt een foutbericht De sectie kan niet worden gemaakt afgebeeld aan het einde van de wizard.

De vooraf ingestelde locatie instellen voor een nieuw object:

  1. Selecteer een objectruimte in de lijst. De objectruimte wordt toegevoegd aan het pad bijna bovenaan de pagina en een lijst met mappen wordt afgebeeld.
    Tip: Om de geselecteerde objectruimte te wijzigen, klikt u op Objectruimten in het pad.
  2. Selecteer optioneel een map uit de lijst met mappen. Let op, als de sitevoorkeur Mapselectie vereisen is uitgeschakeld, gebruikers niet verplicht zijn om hun items in een map op te slaan.
  3. Selecteer de weergaveoptie voor de stap Map selecteren in de wizard toevoegen.
    • Om gebruikers toe te staan om de locatie te wijzigen bij het toevoegen van een object, selecteert u stap Map selecteren afbeelden. Deze optie wordt standaard geselecteerd.
    • Om te voorkomen dat gebruikers de locatie wijzigen, selecteert u stap Map selecteren verbergen.
  4. (Optioneel) Beperk de beschikbare maplocaties. Schakel het selectievakje Beperken tot geselecteerde map of submappen in om gebruikers te forceren om de vooraf gedefinieerde map of een van de submappen ervan te selecteren. Als u dit selectievakje uitschakelt, kunnen gebruikers alle mappen selecteren.


Feedback

Laatste keer bijgewerkt: Juli 2011


© Copyright IBM Corp. 2011.
Dit informatiecentrum wordt mede mogelijk gemaakt door technologie van Eclipse. (http://www.eclipse.org)