Op de pagina Taakstap worden de werkstroominformatie, eigenschappen, bijlagen, mijlpalen en opmerkingshistorie afgebeeld voor een werkitem. U kunt informatie opgeven die is vereist voor deze stap in de werkstroom en de stap voltooien of het werkitem opnieuw toewijzen aan een andere gebruiker. Raadpleeg voor meer informatie Bijlagen bekijken en bewerken.
De weergave Bijlagen bevat de volgende besturingsfuncties en inhoud:
Selecteer het type informatie voor weergave:
Selecteer een actie om uit te voeren voor deze stap.
Hiermee worden speciale instructies afgebeeld voor deze stap in de werkstroom. De persoon die de werkstroom heeft gemaakt bepaalt welke instructies worden opgenomen. Als de instructietekst niet zichtbaar is, klikt u op het pictogram met een Pijl.
Hiermee worden de naam van het werkitem en de stapnaam afgebeeld.
Hiermee wordt de navigatie door de hiërarchie naar de geselecteerde bijlage afgebeeld. U kunt klikken op Alle bijlagen om de lijst met bijlagen op basisniveau te bekijken.
Hier wordt het navigatiepad afgebeeld naar de bijlagen die momenteel worden afgebeeld. U kunt klikken op een naam in de hiërarchie om omhoog te navigeren. Klik bijvoorbeeld op Alle bijlagen om een lijst op basisniveau met namen van bijlagen te bekijken.
Hiermee worden de bijlagen afgebeeld voor deze stap in de werkstroom. Een bijlage kan een enkel object of een reeks objecten zijn, zoals een document, een map, een opgeslagen zoekactie, een zoeksjabloon, een publicatiesjabloon of een definitiebestand voor de werkstroom. Klik op de naam van een bijlage in de lijst om de lijst met objecten die is toegewezen aan de bijlage af te beelden. Als geen object is toegewezen aan de bijlage, wordt Niet toegewezen afgebeeld voor de objectnaam. U kunt klikken op een objectnaam om deze te openen, of klikken op Meer informatie om de informatiepagina te bekijken voor het toegewezen object.
file:\\naam_computer\sharenaam\directory\bestand.ext
Bijvoorbeeld: file:\\D:\RapportenJanuari\Regio7.xls
.Klik op Toewijzen om een bestand toe te wijzen in een objectruimte aan de bijlage.
Klik op UNC/URL toewijzen om een bestand toe te wijzen op een netwerkstation of op een webserver. Bijvoorbeeld, een bestand op uw bedrijfsintranet.
Klik op Toewijzing ongedaan maken om een bestand te verwijderen uit de bijlage.