IBM FileNet P8, Versie 5.2            

Sjablonen definiëren

Met de stap Sjablonen definiëren wordt de beveiligingssjabloon gedefinieerd die moet worden gebruikt in elke mogelijke werkstand van het document.

Documentwerkstanden zijn gerelateerd aan versiebeheer documenten. Omdat een document vordert door cycli van lagere versie naar hoofdversie, bevindt een document zich altijd in één van vier mogelijke werkstanden. Het beveiligingsbeleid definieert de automatische beveiliging die wordt toegepast op het document wanneer het wordt ingecheckt, uitgecheckt of naar een hoger of lager niveau wordt gebracht. De standaard werkstanden van het document zijn:

Uw sitebeheerder kan de namen van de documentwerkstanden wijzigen voor uw site.

U kunt een beveiligingssjabloon definiëren voor elke van deze vier werkstanden. Afhankelijk van uw bedrijfsvereisten, hoeft u mogelijk geen sjabloon te definiëren voor elke werkstand. Als er geen beveiligingssjabloon is voor een bepaalde documentwerkstand, wordt de bestaande beveiliging voor het document meegenomen naar de volgende werkstand.

U kunt ook nieuwe aangepaste toepassingssjablonen maken. Een toepassingssjabloon kan alleen worden toegepast door aangepaste software en vereist ondersteuning voor softwareontwikkeling.

U kunt een sjabloon definiëren voor een bepaalde staat, en vervolgens de sjabloon uitschakelen. De sjabloon wordt opgeslagen in de objectruimte zodat deze in de toekomst kan worden opgehaald, maar wordt niet toegepast op documenten wanneer deze is uitgeschakeld.

Een beveiligingssjabloon definiëren:

  1. Klik op Definiëren of Wijzigen onder de beschrijving voor de gewenste beveiligingssjabloon. Of, als u een nieuwe aangepaste toepassingssjabloon moet toevoegen, klikt u op Toepassingssjabloon toevoegen. De wizard Nieuwe beveiligingssjabloon wordt geopend.
  2. Definieer de eigenschappen en beveiliging voor de nieuwe sjabloon.
    1. Op de pagina Eigenschappen instellen typt u een Beschrijving voor de nieuwe sjabloon.
    2. Om de sjabloon uit te schakelen, schakelt u het selectievakje Uitschakelen in.
    3. Als u een Toepassingssjabloon definieert, moet u een geldig sjabloon-ID invoeren. Uw sitebeheerder of systeemontwikkelaar kunnen u de juiste waarde geven.
    4. Klik op Volgende.
  3. Voeg in de stap Beveiliging definiëren de gebruikers en groepen toe die moeten worden toegepast met deze sjabloon.
    1. Klik op Nieuwe toevoegen. Een pagina wordt geopend zodat u kunt zoeken naar bepaalde namen.
    2. Selecteer het juiste domein in het vervolgkeuzemenu Selecteren in.
    3. Selecteer de optie Gebruikers of de optie Groepen om de lijst met namen die beschikbaar zijn om toe te voegen te verfijnen.
    4. Typ één of meer tekens voor het begin van de te zoeken namen. Bijvoorbeeld, om gebruikers te vinden met de namen aalberto en amoss, typt u a. Alle gebruikersnamen die beginnen met de "a" worden geretourneerd. U kunt de zoekopdracht verfijnen door meer tekens in te voeren. Bijvoorbeeld aal zou aalberto en aallen retourneren, maar niet alemon of amoss.
    5. Klik op Zoeken. Na een korte vertraging worden de overeenkomende namen afgebeeld.
      • Als het aantal overeenkomende namen groter is dan de standaardwaarde voor afbeelden, worden niet alle overeenkomsten afgebeeld. U moet de zoekcriteria wijzigen en opnieuw op Zoeken klikken om meer resultaten te zien.
      • Wanneer u tevreden bent met het resultaat, selecteert u de gewenste namen in de lijst. U kunt klikken terwijl Ctrl of Shift is ingedrukt om meer dan één naam te selecteren in de lijst.
    6. Klik op Accepteren om door te gaan met het instellen van de beveiliging voor de geselecteerde namen. De pagina Beveiliging instellen wordt weer geopend, met de nieuwe gebruikers- of groepsnamen in de lijst met gemachtigde gebruikers.
  4. Stel de toegangsmachtigingen in voor een specifieke gebruiker of groep.
    1. Klik op de naam van de gebruiker of groep in de kolom Titel.
    2. Schakel de selectievakjes Toestaan en Weigeren in of uit naar behoefte voor deze gebruiker of groep. Raadpleeg voor meer informatie Beveiliging beheren.
    3. Accepteer de toegangsmachtigingen.
  5. Voltooi en herhaal de volgende stappen naar behoefte voor elke werkstand die een beveiligingssjabloon vereist. .

Een bestaande beveiligingssjabloon wissen:



Feedback

Laatst bijgewerkt: Maart 2013
wp_securitypolicy_templates.htm

© Copyright IBM Corp. 2013.
Dit informatiecentrum maakt gebruik van Eclipse-technologie. (http://www.eclipse.org)