IBM FileNet P8, Versie 5.2            

Voorkeuren voor FileNet Integration for Microsoft Office

Met de sitevoorkeuren van Integratie voor Microsoft Office wordt het gedrag bepaald voor specifieke functies van Integratie voor Microsoft Office.

Opties voor Ontwerpen

Met de opties voor ontwerpen worden verschillende soorten gedrag wanneer u een document toevoegt, incheckt of uitcheckt.

Opties voor lokaal bestand wissen

Met de opties voor het wissen van lokale bestanden wordt bepaald of de lokale kopie van een bestand wordt gewist uit het lokale bestandssysteem na het toevoegen of inchecken van een document vanuit een Office-toepassing. Het is handig om het bestand te wissen als het meerdere auteurs heeft; elke auteur wordt dan geforceerd om uit te checken en de nieuwste versie van het bestand te downloaden, voordat dit opnieuw wordt gewijzigd. De volgende opties zijn beschikbaar:

Opties van Outlook

Met de Outlook-opties wordt bepaald hoe Microsoft® Outlook zich gedraagt wanneer u e-mailberichten toevoegt aan FileNet P8 en wanneer u FileNet P8-objecten verzendt in een e-mailbericht.

Bestandstracering

De opties voor bestandstracering bepalen de standaardlocatie voor bestanden van gebruikers. Om het meeste voordeel te halen uit File Tracker, moeten de opties die u hier selecteert overeenkomen met de opties die u kiest als algemene instellingen voor bestandstracering.

Met de instelling Documentdirectory wordt het pad opgegeven op het systeem van een gebruiker waarin documenten moeten worden geplaatst wanneer en gebruiker een document opent of uitcheckt. De volgende opties zijn beschikbaar:

Het veld Gekwalificeerd pad wordt gebruikt om een exact pad of een map op te geven die moet worden toegevoegd aan het pad dat is opgegeven in de instelling Standaardwaarden van toepassingen, Basispad of Mijn documenten. Het resulterende pad moet bestaan op het systeem van de gebruiker. Dit veld wordt genegeerd als u Instellingen van Workplace XT gebruiken hebt geselecteerd.

Bijvoorbeeld, stel dat de standaardlocatie van de toepassing C:\Documents and Settings\gebruikersnaam\Mijn documenten is en u MijnMap opgeeft als gekwalificeerd pad. Wanneer gebruikers een document uitchecken of openen vanuit Word, wordt hun document opgeslagen in C:\Documents and Settings\gebruikersnaam\Mijn documenten\MyFolder.

Multiuser-omgeving van Citrix en instellingen voor bestandstracering

Als u geïntegreerde Office-toepassingen gebruikt in een multiuser-omgeving van Citrix®, wordt het aanbevolen dat u het Basispad, Mijn documenten, of Instellingen van Workplace XT gebruiken configureert zodat alle gebruikers een document dat is gedownload vanuit FileNet P8 kunnen openen. Als u de optie Instellingen van Workplace XT gebruikt, bevestigt u dat instellingen die zijn gerelateerd aan Workplace XT compatibel zijn met de opties Basispad en Mijn documenten.

Gebruik eerst de instelling Exact pad om een gedeelde directory te maken, en geef vervolgens de directorylocatie op. Als u de instelling Standaardwaarden van toepassingen selecteert, bevestigt u dat het opgegeven pad de locatie van de toepassing gebruikt, zoals C:\Documents and Settings\gebruikersnaam\.

Categorieën bestandstypen

U kunt categorieën voor bestandstypen opgeven die moeten worden gebruikt als filters wanneer gebruikers bladeren of zoeken naar documenten. Een categorie voor bestandstypen bevat een lijst met MIME-typen; een bestandstype zonder gedefinieerde MIME-typen is van toepasing op objecten zonder inhoud. Bestandstypen worden gedefinieerd in de sitevoorkeur Categorieën bestandstypen.



Feedback

Laatst bijgewerkt: Maart 2013
wpxt_siteprefs_bcs.htm

© Copyright IBM Corp. 2013.
Dit informatiecentrum maakt gebruik van Eclipse-technologie. (http://www.eclipse.org)