IBM FileNet P8, Versie 5.2            

Werken met beveiliging

Beveiligingsinstellingen worden gebruikt om te beheren wie inhoud kunnen zien of wijzigen of wie documenten kunnen publiceren. Afhankelijk van de instellingen van uw site, kunt u beveiligingsinstellingen instellen wanneer u nieuwe documenten toevoegt, wanneer u een document incheckt, wanneer u een document publiceert of wanneer u informatie bekijkt. U moet de juiste toegangsmachtigingen hebben om de beveiliging te bekijken of wijzigen. Zie Beveiliging beheren voor meer informatie over beschrijvingen voor machtigingen.

Meestal worden beveiligingsinstellingen bepaald op basis van de documentklasse, maar instellingen kunnen ook worden afgeleid uit een invoersjabloon, uit een beveiligingsbeleid, uit overname van instellingen vanuit andere mappen, of uit een externe bron zoals IBM® InfoSphere Enterprise Records. Bijvoorbeeld, wanneer een gebruiker een nieuw document toevoegt, wordt de beveiliging voor het document gebaseerd op de beveiligingsinstellingen die de beheerder instelt voor de documentklasse. Afhankelijk van uw site-instellingen, kunt u expliciet de beveiliging voor een map, een aangepast object, een document of een zoekactie instellen. Documenten kunnen gebruik maken van een beveiligingsbeleid dat bestaat uit één of meer beveiligingssjablonen waarmee de beveiliging wordt gedefinieerd voor een documentklasse op basis van de status van het document. Zie voor meer informatie Beveiligingsmachtigingen instellen.

Beveiliging van eigenschappen

Naast de beveiliging die is gedefinieerd voor een document kan uw beheerder aanvullende beveiliging definiëren voor afzonderlijke eigenschappen die zijn gekoppeld aan de documentklasse. Bijvoorbeeld, mogelijk hebt u toegangsmachtigingen om een document toe te voegen aan een bepaalde map en documentklasse. Wanneer u de eigenschappen voor het document instelt, kunnen toegangsmaskers voor eigenschappen beheren welke eigenschappen u kunt bewerken, en kan hiermee worden beheerd welke waarden u kunt zien en selecteren in een keuzelijst voor de waarden van eigenschappen. Uw beheerder kan deze instellingen definiëren.

Toegangsrollen

Met toegangsrollen kunt u toegang tot weergaven, geavanceerde functies en acties beheren. Uw beheerder definieert rollen waarmee toegang tot bepaalde pagina's, werkstanden en opdrachten wordt toegestaan of geweigerd. Als u geen lid bent van een bepaalde toegangsrol, en toegang tot een functie is ingesteld op een bepaalde rol, kunt u de functie niet openen.

Bijvoorbeeld, mogelijk is uw afdeling alleen bezig met het toevoegen van nieuwe documenten aan een objectruimte. In dat geval kan uw beheerder alleen de werkstand Bladeren en de sectie Ontwerpen van Mijn werkruimte configureren voor leden van uw groep. De juiste wizards en secundaire pagina's of werkstanden zijn dan nog steeds beschikbaar. Ook zien de leden van uw afdeling mogelijk alleen een subset van de beschikbare acties op informatiepagina's en in menu's.



Feedback

Laatst bijgewerkt: Maart 2013
wp_securityabout.htm

© Copyright IBM Corp. 2013.
Dit informatiecentrum maakt gebruik van Eclipse-technologie. (http://www.eclipse.org)